Opschorten van de VvE-bijdrage, mag dat?
Deze vraag wordt regelmatig gesteld binnen VvE’s en zal per geval beantwoord moeten worden. Wel geven de wet en de modelreglementen houvast. Zo bepaalt de wet dat een schuldenaar alleen een beroep op opschorting kan doen indien hij een opeisbare vordering op zijn schuldeiser heeft en er tussen de nakoming van zijn verbintenis en de vordering voldoende samenhang bestaat om deze opschorting te rechtvaardigen.

Het modelreglement bij splitsing in appartementsrechten van 17 januari 2006 bepaalt dat verrekening en opschorting van de VvE-bijdragen niet is toegestaan. De overige modelreglementen hebben een dergelijke bepaling niet, zodat in dat geval naar de wettelijke bepaling gekeken zal moeten worden. 

Ook wij krijgen in de behandeling van onze dossiers vaak te maken met appartementseigenaren die zich beroepen op opschorting omdat de VvE niet aan haar verplichtingen zou voldoen. Op 1 juli jl. heeft de rechtbank Rotterdam een mooi vonnis gewezen over het al dan niet mogen opschorten van de maandelijkse VvE-bijdragen.
Case
Via ons kantoor heeft een VvE twee appartementseigenaren gedagvaard vanwege de ontstane achterstand in de betaling van de maandelijkse VvE-bijdragen. De eigenaren weigeren hun bijdragen te betalen omdat zij van mening zijn dat de VvE niet aan haar verplichtingen voldoet. Wat speelt er precies? De betrokken eigenaren hebben last van een lekkage in hun woning en als gevolg van deze lekkage hebben zij schade opgelopen in hun woning. Omdat de VvE volgens de appartementseigenaren weigert c.q. in gebreke is herstelwerkzaamheden uit te voeren, schorten zij hun betalingsverplichting van de maandelijkse VvE-bijdragen op. De VvE stelt zich daarentegen op het standpunt dat de eigenaren niet gerechtigd zijn de betaling van hun bijdragen op te schorten omdat zij wel degelijk aan haar verplichtingen voldaan heeft, dan wel zij niet in gebreke is gebleven, en eist betaling van de achterstallige bijdragen inclusief de wettelijke rente.
Uitspraak rechtbank
In deze case heeft de rechtbank geoordeeld dat de appartementseigenaren niet in hun recht staan om tot het opschorten van de betaling van de VvE-bijdragen over te gaan. De eigenaren hebben volgens de rechter niet voldaan aan de voorwaarden voor opschorting. Wat hadden zij moeten doen? De eigenaren hadden volgens de bepalingen van titel 9 van Boek 5 BW de kwestie met betrekking tot de lekkage moeten voorleggen aan de algemene ledenvergadering zodat er tijdens de vergadering een besluit genomen had kunnen worden over de uit te voeren werkzaamheden om de lekkage op te lossen. Wanneer de appartementseigenaren het vervolgens niet eens waren geweest met het genomen besluit hadden zij op grond van artikel 5:130 BW binnen vier weken vernietiging van het besluit door de kantonrechter kunnen verzoeken en/of conform artikel 5:121 BW om een vervangende machtiging van de kantonrechter kunnen verzoeken. Van deze mogelijkheden hebben de appartementseigenaren geen gebruik gemaakt. De rechter heeft in het vonnis uitdrukkelijk aangegeven dat de VvE niet op een andere wijze dan op de hiervoor beschreven manier door een appartementseigenaar gedwongen kan worden bepaalde besluiten te nemen of een bepaalde actie te ondernemen. Om die reden bestond er voor de VvE geen verplichting om te besluiten of te handelen op de door de appartementseigenaren gewenste wijze en kon er evenmin worden aangenomen dat de VvE in enige verplichting jegens de appartementseigenaren tekort was geschoten. Van een opeisbare vordering aan de kant van de appartementseigenaren is dan ook geen sprake volgens de rechter zodat de rechter de vordering van de VvE heeft toegewezen.
Meer informatie
Mocht u twijfelen over uw situatie legt u de situatie dan gerust voor aan mij of aan ons gespecialiseerde VvE-team.

M. Verbaan
Juriste BoitenLuhrs